Auteursrechten ontstaan automatisch en beschermen je creaties. Wat auteursrecht juist is en waarom het belangrijk is voor jou, leggen we voor jou in mensentaal uit.
Als kunstenaar is het ontzettend belangrijk goed te weten welke rechten je hebt op je beeldend werk en hoe je daarmee aan de slag kan.
Auteursrechten op je werk ontstaan automatisch door de creatie.
Daarbij is het belangrijk om een onderscheid te maken tussen een creatie en een idee. Hoe ontzettend goed een idee ook mag zijn, als het geen concrete vorm heeft, wordt het niet beschermd onder het auteursrecht. Ook een bepaalde stijl gebruiken is niet auteursrechtelijk beschermd. Je mag bijvoorbeeld een werk maken in de stijl van Luc Tuymans.
Auteursrechten worden opgedeeld in vermogensrechten en morele rechten. Morele rechten zijn de rechten die vast verbonden zijn aan de persoon en die je niet kan overdragen. De vermogensrechten zijn overdraagbaar en exploiteerbaar. Zij hebben een economische impact.
Morele rechten zijn de persoonlijkheidsrechten. Deze kan je in principe niet overdragen. Je hebt hierin een opdeling tussen 3 verschillende rechten:
Nu wordt het echt interessant. De vermogensrechten geven de auteur het exclusief recht zijn of haar werk te (laten) exploiteren en daar ook een vergoeding aan te koppelen. In tegenstelling tot de morele rechten zijn de vermogensrechten gedeeltelijk of volledig overdraagbaar. Je hebt binnen de vermogensrechten nog een opdeling tussen het reproductierecht, het publiek mededelingsrecht en het volgrecht.
Sommige vermogensrechten kunnen enkel collectief worden uitgeoefend: zo heb je reprografie (kopies van werken via het internet of CD-rom/DVD voor privégebruik), het leenrecht (het ontlenen van werken door een bib), de kabelrechten (voor de distributie van een tv-uitzending) en de thuiskopie (voor toestellen die werk kunnen kopiëren). Voor elk van deze rechten zijn beheersvennootschappen in het leven geroepen die de gelden namens hun leden int bij de gebruikers (Sabam, Sofam, Reprobel, Auvibel…).
De beschermingsduur van het auteursrecht bedraagt 70 jaar na het overlijden van de langstlevende auteur. Dat wil zeggen dat de erfgenamen of andere rechthebbenden mee kunnen beslissen over de auteursrechten en ook mee de inkomsten kunnen exploiteren die gepaard gaan met het auteursrecht. Na die 70 jaar valt het werk in het publiek domein en is het vrij exploiteerbaar.
Voor de volledigheid vind je de wet op het auteursrecht in ons land hier terug.