Tijdens onze tiende (en laatste!) editie van Painting Nights nodigen we schilders en tekenaars uit om in winterse sferen de bewegingen van een groep kunstschaatsers om te zetten op papier. Vanop het ijs, maar ook vanaf de veilige zijlijn, moedigt kunstenaar en docent van dienst Michiel Ceulers de deelnemers aan om zoveel mogelijk fouten te maken wanneer ze het ijs opgaan. “Niemand kan die bewegingen vastleggen. Het dwingt je juist om spontaan te werken.”
Vanwaar je voorliefde voor schilderkunst?
Michiel: “Aanvankelijk was die liefde voor schilderkunst nog niet zo uitgesproken. Toen ik wou verderstuderen, had ik zowel mijn ingangsexamen gedaan bij de afdeling Schilderkunst en bij die van Grafiek. Ik was voor beiden geslaagd, maar koos toch voor Schilderkunst. Ik vind de banaliteit en de directheid van schilderen erg interessant. De basisingrediënten van schilderkunst zijn doorheen de tijd dezelfde gebleven: een penseel, verf en een drager. Op zich heb je niet veel nodig. Schilderkunst is volgens mij iets heel triviaals. Of het nu een goed of slecht schilderij is: eigenlijk wordt het altijd als iets artistieks ervaren. Daarom dat ik het zo interessant vind om dat idee van een schilderij te vervormen en ermee te spelen.”
Hoe zou je jouw eigen stijl omschrijven?
Michiel: “Mijn stijl was enkele jaren terug veel abstracter dan nu. Vandaag schilder ik opnieuw meer figuratief. De switch kwam er tijdens de lockdown toen ik een catalogus over mijn eigen werk aan het voorbereiden was. Ik ging die dagen, samen met veel externe blikken, door mijn eigen archieven en begon op een andere manier naar mijn werk te kijken. Ik stootte toen op een schilderij van een kanarie dat ik enkele jaren terug maakte. Eigenlijk iets heel banaals, maar dat beeld werd een soort pion op het schaakbord. Het zette bepaalde zaken weer in gang. Het was die frivoliteit, die levendigheid die ik terugvond in dat beeld. Zo zijn er nog vaak dingen teruggekomen in mijn artistieke werk. Net daarom zie ik mijn eigen werk eerder als een spiraal: ik kom vaak op bepaalde handelingen en ideeën terug, maar doorheen de tijd zijn die vervormd geraakt.”
Hoe leg jij beweging vast?
Michiel: “Bij het schilderen van bewegingen, moest ik spontaan aan Rodin denken. Hij liet zijn modellen rondlopen in zijn atelier, en zocht zoals veel impressionistische kunstenaars naar die vluchtigheid van het moment. Hoe probeer je een beweging om te zetten in een lijn? Hoe probeer je een sfeer om te zetten op papier? Waar focus je op? Het is interessant om jezelf uit te dagen, daarmee te worstelen en dingen te ontdekken. Ik wil de deelnemers tijdens Painting Nights aanmoedigen om zoveel mogelijk fouten te maken. Want net daarom hield ik tijdens mijn opleiding zo van snel- en blindschetsen: je moet een momentum kunnen vastleggen op papier. Niemand kan die beweging volledig vastleggen. Dat is juist zo interessant aan dat soort oefeningen. Het dwingt je om spontaan te werken.”