Zoveel duizenden studenten aan het werk in de academie, zoveel creativiteit om te ontdekken. We snuisteren graag rond in de academies van het deeltijds kunstonderwijs op zoek naar artistieke verrassingen. In ons magazine Kunstletters schijnen we in elk nummer het licht op zo'n bijzonder project.
Heb jij ook een bijzonder project in de academie dat in de kijker gezet mag worden?
Of ken je er één dat je meer dan de moeite waard vindt? Mail naar info@kunstletters.be en misschien stellen we het voor in één van de volgende nummers van Kunstletters.
Bij Kunstwerkt tonen we graag wat je maakt. In ons magazine Kunstletters doen we dat onder andere in de terugkerende rubriek 'In de academie'. We tonen er intrigerende projecten die door studenten aan academies beeldende kunst (dko) in heel Vlaanderen worden bekokstoofd en uitgevoerd. Hier enkele bijzondere voorbeelden:
Pieter Noppe (Academie van Berchem): ‘Ik hou van de vrijheid die grafiek me biedt om met texturen te werken. Ik vind het fascinerend hoe je in houtsnede tot een combinatie kan komen van een tekening en de structuur van het materiaal. Ik zocht naar een manier om lijnen zachter, schilderachtiger te maken. Ik begon te schilderen met het afbijtmiddel op hout. Om de tekening af te bakenen, leerde ik nerven uit te snijden, zodat het afbijtmiddel daarin geconcentreerd blijft. Hierdoor komt de tekening duidelijker naar voor.
Ik maak eerst een potloodschets op het houtoppervlak. Daarbij bepaal ik of ik een vlak licht of donker wil. Ik hou rekening met de aanwezige nerven, want die gaan de structuur van de tekening vormen.
Ik werkte het idee verder uit de installatie: ‘Split’ is opgebouwd uit lichtelementen en een boomsculptuur, ‘gesplit’ in drie delen. Hout vormt de binnenkant van een boom. Het leek me interessant om ook de buitenkant te betrekken. Ik goot een boomstam in gips, wat technisch een hele uitdaging was. Op de binnenkant van de stronken bracht ik een op Japans papier gedrukt portret aan. Door het dunne papier lijkt het alsof het portret op de gipsafdruk zelf gedrukt is.'
Katleen Van der Gucht (Sint-Lucas Academie Gent): 'Als bioloog is de natuur mijn inspiratiebron. Het project zie ik als een eerbetoon aan de natuur. Ik wil er de Voor het project ‘Natura Inspiratus’ in de Plantentuin van Meise kreeg ik een plek in de tuin toegewezen: een heel oude, majestueuze zomereik. Het was voor mij snel duidelijk dat ik een eerbetoon wou brengen aan de boom. Oude bomen zijn unieke biotopen, ecologische hotspots, boordevol leven.
Ik maakte een cirkel van 18 tegels met daarin telkens een schilderijtje, rond de boom, verdeeld over 3 reeksen van 6 tegels. Ik gebruikte een oude schildertechniek: encaustic. Daarbij maak je gebruik van was en pigmenten die zich met elkaar vermengen. Het schildert nogal stroef, maar dat was wat ik wilde: het toeval en ongecontroleerde toelaten.
Elke maand ga ik kijken hoe het werk erbij ligt en ik ben erg benieuwd naar hoe het verder zal evolueren. Het zou mooi zijn als op de tegels mossen, korstmossen, wiertjes gaan groeien. Dan gaat het werk een nog mooiere interactie met de omgeving aan.
Charlotte Segers (d'Academie in Sint-Niklaas) ‘Via het boek ‘The imaginary world of’ van Keri Smith kwam mijn speelse wereld heel organisch tot leven. Ik experimenteer nu met kleurpotloden, met vlakken en structuren. Voordien was kleur maar heel beperkt aanwezig in mijn werk, nu is het alomtegenwoordig.
Ik werkte al verschillende verhalen en personages uit in zines. In die kleine boekjes wil ik de lezer op elke pagina nieuwe elementen leren ontdekken. Elk verhaal kwam heel intuïtief tot stand, ik legde vooraf geen verhaallijnen vast. Toch zijn alle verhalen en personages aan elkaar gelinkt.
Op dit moment teken ik aan een verhaal over een man die op een sneeuwloze berg woont, en een hond aan de voet van die berg. Ik schreef het een jaar geleden, maar ik vond nooit de juiste toon of tekenstijl die erbij past.
Ilse Joris (Academie Van Hove): 'Ik ben al een tijd met bijzonder materiaal aan de slag te gaan: paddenstoelen. Met een penseel bracht ik inkt aan op de lamellen van de paddenstoelen, die ik afdrukte op het papier. Je kan die lamellen maar enkele keren gebruiken, dus de hele onderneming werd een titanenwerk. Millimeter per millimeter, beetje bij beetje verschenen er ribbels of sprieten. Op die manier creëerde ik landschappen.
Creëren met paddenstoelen is werken tegen de tijd, want ze beginnen snel te rotten. Witte wormpjes zijn dagelijkse kost. Ons huis geurt af en toe geregeld naar 'overtijdse paddenstoelen'.
Ik probeerde ook inktzwammen uit. Als je die op papier legt, loopt er inkt uit de hoed van de paddenstoel, die zich opent als een paraplu. Het levert een heel mooie inkt op. Maar wanneer dat precies gebeurt en hoeveel inkt de paddenstoel loslaat, is onvoorspelbaar.
Behalve met paddenstoelen experimenteer ik ook met bloemblaadjes, vooral met die van de papaver. De blaadjes plet ik op het papier, wat een rood-roze kleur geeft. Afhankelijk van het soort papaver en de versheid van de blaadjes is de tint lichter of donkerder.'
Tamara De Prest (Academie van Zottegem): ‘Voor een opdracht bij de opleiding Fotokunst kreeg ik het idee om rond het thema klimaatverandering te werken. Voor deze reeks fungeerde een analoge foto van een vogel als vertrekpunt. Uit een serie digitaal gemaakte beelden selecteerde ik vijftien foto’s.
Terwijl ik digitale collages maakte, veranderde mijn gevoel. De beelden leken iets anders te willen vertellen. Het oorspronkelijke verhaal verdween en het thema werd omgebogen naar vloeibaar leven: het verval, de vergankelijkheid en de gelaagdheid van het leven.
Het vloeibare leven is als een stroom die onophoudelijk blijft bewegen, van geboorte naar dood, van begin naar eind. Het vertoont geen genade voor iets dat het op zijn weg tegenkomt, maar het vormt wel de basis voor alles wat komt. In de stroom van het leven zien we de vergankelijkheid van alle dingen om ons heen. De natuur toont ons het verval en de cyclus van het leven.
Brigitte Slabbynck (Academie Gent): ‘Bergen zijn spectaculair en steeds anders: de kleuren variëren op elk tijdstip van de dag, gaande van oranje naar grijs naar blauw naar zwart. Met hun grilligheden, vormen, inkepingen en spleten lijken bergen soms menselijke karaktertrekken te vertonen, alsof ze individuen zijn met een eigen ziel en waardigheid.
Het spel van zon, weer, sneeuw, ijs, en erosie trekt me aan. Het zijn die aspecten die ik wil onderzoeken, ontleden en vastleggen in sculpturen. Daarvoor dompel ik me onder in de geologie: de kennis die ik opdoe over fysische vormingsprocessen zoals tektonische bewegingen, erosie en steensoorten neem ik mee in mijn werk. Het levert beelden op die een overtuigender karakter van een berg vertonen, denk ik.
In werkelijkheid zijn bergen onmenselijk groot, maar ik in mijn sculpturen bepaal ik zelf de grootte van de berg: ik ben de schepper, ik onttrek de berg uit zijn normale proporties. Zo draai ik mijn onderdanige angst om in een heerlijk vrije en creatieve handeling: ik versnijd de bergvormen en breng de stukken opnieuw samen in een nieuwe ‘bergachtigheid’.
Ingrid Caris (Academie Zottegem/Geraardsbergen): ‘We tonen onze huid graag als we jong zijn, als ze nog niets te zeggen heeft. Maar die andere huid, met het verhaal van de tijd en van wat we hebben meegemaakt, de waarheid van ons leven, die laten we zelden zien. Twee jaar geleden startte ik een project waarbij ik textiel en keramiek met elkaar ging verweven. Het thema: huid.
Iets dat geleefd heeft, vertelt meer. Ook huid. En ook als we het liever stil willen houden. Onze huid toont tekens van het leven dat we leiden, vertelt over leeftijd, genezing, over pijn en emotie, maar ook over sterkte. Ook bij de keuze van mijn materialen vertrek ik liefst van stoffen of papier waar al een geschiedenis aan vasthangt. Die mankementen of slijtage maken het beeld mooier, sterker.
Ook in volgende projecten blijf ik me richten op thema’s die me nauw aan het hart liggen en die ik verwerk in beelden die hopelijk getuigen van intimiteit en broosheid.’
Harry Pinxten (Academie Heusden-Zolder): 'Dit project is ontstaan uit een opdracht in het Projectatelier. De docenten dagen je uit om na te denken over je concept, je authenticiteit. De opdracht luidde: 'Maak een beeld waar je zelf de dragen van bent.' Dat bracht me op het idee om een pet te maken, gelast en teruggebracht tot zijn essentiële vorm. Ik besloot om me beperkingen op te leggen bij de keuze van materiaal en maak voor deze objecten alleen gebruik van ronde, metalen staven. Ik laat details weg en benadruk de belangrijke vormen die specifiek zijn voor een voorwerp. Het geeft me het gevoel dat ik eigenlijk tekeningen in 3D maak met metalen staven.
Door die materiaalkeuze en door de vormen te reduceren tot het karakteristieke komen de mooie lijnen van alledaagse voorwerpen helemaal tot hun recht. Na de creatie van de pet kreeg ik de smaak te pakken. Ik maakte een interpretatie van een koffiezetapparaat, een ventilator... Het zijn meestal voorwerpen uit mijn directe omgeving of interesse.'
Ontdek hier het werk van Harry
Erik Vernieuwe (Academie Berchem): 'Voor mijn eindejaarsproject maakte ik meer dan 200 objecten uit keramiek: kreeften, artisjokken, worsten, spiegeleieren, noem maar op. Mijn man heeft die werken gefotografeerd en die afbeeldingen hebben we op stof laten drukken. Ik puzzelde ze allemaal in elkaar. Het eindresultaat is een mix van keramieken voorwerpen en afbeeldingen ervan.
Ik maakte de keuze voor een opleiding keramiek heel intuïtief. Tijdens mijn opleiding banketbakkerij was ik gefascineerd door de vormen van deeg of chocolade. Het creëren spreekt me aan, iets opbouwen. Dat doe ik nu met klei. Ook de onvoorspelbaarheid in deze discipline vind ik interessant. Klei doet nooit helemaal wat je wil. Het materiaal heeft een eigen karakter. Zo is het ook met glazuren en bakken. Je weet nooit echt wat je als eindresultaat kan verwachten.’
Arianne Rupprich (Academies Waasmunster en Gent): 'Tijdens enkele workshops en mijn opleidingen ontdekte ik dat ik keramiek kon inzetten om thema's die me bezighielden een plaats te geven. Zo dook het thema vluchtelingen geregeld op. Maar ik legde het verband nog niet met mijn eigen geschiedenis. Ik wou mijn vader terug taal geven met keramiek. Maar wat begon als een heel persoonlijk onderzoek, bleek ook universele vragen op te roepen rond origine, identiteit, geborgenheid en verlies. 'Searching for Simon' wil ook raken aan het mysterie dat elke familie met zich meedraagt. Door dit keramiekproject ben ik dichter bij mijn roots gekomen en ontdekte ik opnieuw wat ik bij mijn eerste kennismaking met het materiaal al opmerkte: keramiek werkt helend.'
Ontdek hier het werk van Arianne
In het beeldhouwatelier van de Kunstacademie van Oostende borrelde dit jaar een interessante samenwerking op met een bedrijf dat prachtig marmer en een exporuimte ter beschikking stelde.
Peter Defurne, directeur: ‘De firma Grubau maakt van haar toonzaal een artistieke ruimte, waarvoor ze een partner zocht. We kwamen overeen dat onze leerlingen met hun gereedschappen een werk konden maken in Gris de Vosges, een prachtige marmersoort. Dat werd geschonken door een andere firma, Brachot. In return testten we verschillende manieren van steenbewerking, zoals slijpen, boren en polijsten uit en worden de werken een jaar lang tentoongesteld in hun toonzaal. Dat waren de enige spelregels. Het was een ongelofelijke kans om met een erg goed, prijzig materiaal als marmer te werken. Doorgaans wordt in het atelier in kalksteen of andere zachte steen gewerkt.
Matthias De Wolf, docent Atelier Beeldhouwen en ruimtelijke kunst: Deze kans gaf de studenten zin en moed om groter te werken of andere steensoorten uit te proberen. Beeldhouwen is een passie waardoor je gebeten raakt, en door er voor dit project zo in onder te duiken is dit zeker aangewakkerd. Je zou ons verhaal als een soort satellietproject kunnen zien, want de firma Grubau denkt erover om dit traject ook met andere academies aan te gaan. Dat zou een fijn vervolg zijn.’
De expo met met werk van de studenten van het beeldhouwatelier loopt nog tot juni 2024 in de toonzaal van Grubau in Wevelgem.
Heb jij ook zo'n bijzonder project dat in de kijker gezet mag worden?
Of ken je er één dat je meer dan de moeite waard vindt? Mail naar info@kunstletters.be en misschien stellen we het voor in één van de volgende nummers van Kunstletters.